Nog tot juni 2023 kan je in de Verbeke Foundation werk van Jan Van Eijgen bekijken. De Leuvense kunstenaar onderzoekt via mixed media en schimmels hoe we ons verhouden tot elkaar en fenomenen als lijden, transformatie en regeneratie. Ook fascinerend: Jan combineert conceptueel kunstenaarschap met een doctoraat in de oogheelkunde.
Schimmels zijn volgens conceptueel kunstenaar én arts Jan Van Eijgen de blauwdruk van het leven. Ze zijn overal, zo noodzakelijk en toch hebben we er geen oog voor. Daarom geeft hij ze een hoofdrol in zijn kunstwerken, zodat we meer aandacht hebben voor hoe we kunnen samenleven, met deze organismen en met elkaar.
‘Het begon allemaal in februari 2021 op de parking langs de autosnelweg in Wetteren. Ik was naar een podcast van Klara aan het luisteren waarin illustrator Peter Van den Ende een citaat aanhaalde van John Milton: ‘Better to reign in hell, than to serve in heaven’. Dat raakte me zo. Ik was pas begonnen als doctorandus en assistent in de oogheelkunde en ik merkte dat ik verstrikt was in de ratrace. Wat draait het voor mij om? Wat vind ik de moeite waard? Die vragen spookten door mijn hoofd en opeens kreeg ik een ingeving. Ik zette me aan de kant van de weg en sprak een twee uur durend spraakbericht in, over fungi, en hoe die het sluitstuk zijn van het circulair leven. Schimmels verrotten van oud materiaal naar nieuwe bouwstenen voor de toekomst.’
Bijna twee jaar later zitten we in een oud hoekje van de abdij van Keizersberg in Leuven, waar Jan Van Eijgen een atelier mag inpalmen als resident bij Cas-co. Tussen de petrischaaltjes en de porseleinen borden met schimmeltekeningen vertelt hij over zijn startpunt als kunstenaar en de honderden ideeën die sindsdien uit zijn hoofd barsten. Een beetje rusteloos, maar o zo gedreven, alsof het spraakbericht een vuur heeft aangestoken dat alleen maar harder is gaan branden.
‘Ik was al langer bezig met het idee om iets expressiefs te doen, maar daar op de parking kwam alles samen. Ik was ooit begonnen met geneeskunde vanuit de interesse in de menselijke gedragingen, hoe we omgaan met ziekte en lijden. Schimmels bewegen zich op het spanningsveld tussen ziekmakend en supernoodzakelijk. Al duizenden jaren werken mensen met gisting en fermentatie in de keuken. Zo’n 95 procent van de planten is afhankelijk van het zwammennetwerk in de bodem om voedingsstoffen uit te wisselen. En toch beseffen we niet hoe hard we ze nodig hebben, zijn we ons niet bewust van de organismen waarmee we samenleven. Op elk moment, nu ook, ademen we deeltjes van schimmels in.'
Hoe kunnen we beter samenleven met de omgeving en met elkaar: daar draait het allemaal om voor Jan Van Eijgen. ‘We hebben geen oog voor schimmels, maar ook weinig oog voor elkaar. We bestaan alleen in relatie met elkaar en dat dreigen we weleens te vergeten. Er bestaan zoveel slechte voorbeelden van samenleven, waarvan ik in mijn persoonlijke leefwereld ook niet gespaard ben. Misschien komt die nood aan verbinding daaruit voort. Ik wil via mijn werk handvatten aanreiken om op een meer duurzame, bewuste manier samen te leven.’
Een pasklaar antwoord bieden die kunstwerken niet. Ze stellen wel veel vragen. Zo was een van Jans eerste werken een reeks tekeningen van Coca-Cola flesjes, die hij met schimmels op porseleinen vellen gemaakt had in de zomer van 2021. ‘Het idee daarachter was dat cola, net als schimmels, sterk aanwezig is in ons leven én ook invasief is, want we drinken het letterlijk op.’ Om de onzichtbare schimmelwereld nog meer onder de aandacht te brengen presenteerde hij enkele maanden later op het Leuvense KNAL! festival een groot zwart doek waarop omgevingsschimmels konden groeien. Een levend, steeds evoluerend kunstwerk, dus. Eind vorig jaar stelde hij beschimmelde porseleinen vodden tentoon tijdens een open atelierdag. ‘Die vodden drukken een manier uit om ons te verhouden tot de omgeving’, legt hij uit. ‘We gebruiken vodden om vuil op te kuisen, maar ook om schoon te maken. Dat contrast tussen het walgelijke en liefdevolle, dat we ook tegenover schimmels voelen, boeit mij enorm.’
Ook het spanningsveld tussen breekbaarheid en transformatie is een terugkerend thema, al is het maar door de keuze voor porselein als drager van de schimmels. ‘Ik ben eigenlijk bij porselein uitgekomen om praktische redenen’, geeft Jan toe. ’Als dat niet geglazuurd is, neemt het namelijk vocht op waardoor er schimmels op kunnen groeien. Toch past het inderdaad ook mooi thematisch in mijn werk. Porselein is hard en kan alleen maar breken, terwijl schimmels kwetsbaarder zijn maar wel overleven. Ze overkomen de barsten in het porselein. Ze groeien er zelfs over.’
Jan moet flexibel omgaan met zijn tijd. Al zijn projecten als kunstenaar combineert hij namelijk met een job als doctorandus en assistent. ‘Dat is heel druk en zorgt ervoor dat ik niet fulltime met kunst bezig kan zijn. Maar de combinatie geeft ook veel vrijheid. Ik kan experimenteren zonder veel zorgen en heb een inkomen dat ik kan investeren in mijn materialen en ideeën.’
Voor iemand die alleen ’s avonds en in de weekends in zijn atelier aan de slag gaat, heeft Jan op twee jaar al enorm veel verwezenlijkt: van residenties en open ateliers tot groepsexpo’s en kunstfestivals. Toch gaat het volgens hem nog te traag. ‘Dat komt onder meer omdat er nog niet zoveel bekend is over het visueel aanwenden van schimmels als kunstpraktijk. Daardoor gaat aan elk idee een heel onderzoek vooraf’, legt hij uit. ‘Ik moet veel aftasten en uitproberen. Zo zijn mijn colatekeningen ondertussen bruin verkleurd en is het moeilijk om de schimmels te fixeren. Gelukkig vind ik dat onderzoekende, conceptuele luik net heel boeiend. Ik kweek mijn schimmels bijvoorbeeld zelf, in mijn atelier en appartement, maar ik werk ook samen met het labo voor Moleculaire Biotechnologie van de KU Leuven. Daar onderzoeken we hoe we goedaardige schimmels kunnen kleuren via genetische manipulatie.’
Als arts-kunstenaar is Jan vanzelf al een bruggenbouwer en misschien juist daardoor vindt hij die interdisciplinaire samenwerkingen niet meer dan normaal. ‘Ik wil anderen beïnvloeden met mijn werk, maar ik word zelf ook graag geïnspireerd. Ik ben die manier van denken heel gewoon vanuit mijn doctoraat. Daar doe ik niet anders dan herinterpreteren, in discussie gaan en samenwerken met mensen met andere expertises. Niemand kan in alles gespecialiseerd zijn.’
Als alles goed gaat, leveren de genetische experimenten in het labo felblauwe schimmels op. Die wil Jan verwerken in een altaarstuk waar hij mee bezig is op het moment dat we hem spreken. ‘Ik zal één paneel volledig laten begroeien met omgevingsschimmels, één met de genetisch gemanipuleerde schimmels, enkele panelen leeg laten en zelfs een paneel open maken zodat je erdoorheen kan stappen’, vertelt hij. ‘Zo hoop ik dat het altaar voor verbinding zorgt, niet verticaal met het hogere, maar horizontaal als mensen met elkaar.’
‘Nu ik erover nadenk, wordt mijn werk eigenlijk steeds groter, van schimmels op porseleinen schaaltjes, naar de cirkel voor KNAL! en nu dit grote altaar. Ik denk dat dat mijn manier is om mij uit te drukken, om gehoord te worden.’ Uit Jans begeesterde woorden blijkt inderdaad dat zijn kunst en de achterliggende boodschap voortkomen uit een noodzaak, die hij wel in de wereld moet sturen. ‘Keihard. Ik zou ook niet meer zonder kunnen. Ik ben begonnen met geneeskunde vanuit een verwondering voor het menselijk lichaam en de drang om dat beter te begrijpen, maar die nieuwsgierigheid transformeert constant. Via de schimmels en de ontmoetingen die ik als kunstenaar heb, komt die verwondering in andere aspecten naar boven. Alleen al voor mij is het een medicijn. Hopelijk kan het dat voor anderen ook zijn.’
‘Universe Within’ is te bekijken in de Jubileumexpo ‘Sans dieu, sans maître, sans roi et sans droits’, Verbeke Foundation, Kemzeke, tot juni 2023.
°1995
Heeft een atelier in Leuven.
Studeerde af als arts in 2019 en combineert conceptueel kunstenaarschap met een doctoraat in de oogheelkunde.